na jou hoofdstuk 8 matt victoria roman liefde verlies rouw ebook gratis lezen online

Na Jou – Hoofdstuk 8

De weken die volgden probeerde ik Matthew te ontlopen, niet wetend wat ik nu van de situatie moest denken. Ik miste Sam, zijn geur, zijn lach en zijn warme aanwezigheid. Ik voelde me schuldig om mijn verraad. Het had nooit mogen gebeuren, zo snel na het verliezen van Sam. Wat zou men wel niet denken als ik aankwam met een nieuwe vlam? Er zou geheid over me geroddeld worden. Die is haar man gauw vergeten. Ze stapt zo over naar de volgende. Hoort ze niet te rouwen in plaats van genegenheid zoeken bij een ander? Arme Micha; net zijn vader kwijt en zijn moeder leeft door alsof het nooit gebeurd is. Ze heeft twee gezichten, die Leah. Ze leek zo’n zorgzame vrouw, maar kijk nu eens! 

Ik zorgde ervoor dat ik tijdens de lunch zo ver mogelijk bij Matt vandaan zat en wierp me op het de administratie van de garage. Ik hield me afzijdig van de grapjes die op de werkvloer gemaakt werden en maakte dat ik de garage uitkwam, zodra mijn werk voor die dag gedaan was. Als een zombie leefde ik en deed ik de dingen die moesten. Bezoekjes aan de verloskundige, het helpen in de keuken en de afbetaling van verschillende facturen, die maar niet minder werden. De weken van de zwangerschap vlogen voorbij, zonder dat ik er veel aandacht voor had. Ik stond er amper bij stil. Natuurlijk wist ik dat er een kindje in mijn buik groeide, maar voelde er niet veel bij. Ik wimpelde Matthew’s pogingen om een gesprek aan te knopen weg met smoesjes en probeerde in het gezelschap van mijn ouders en Micha zoveel mogelijk normaal te doen. 

“Koffie of thee?” Mam kwam de huiskamer in, waar ik in de grote stoel genesteld zat, met een boek op schoot. Een boek, waar ik nog geen letter van gelezen had, al staarde ik al meer dan een halfuur naar de pagina waar ik het boek had opengeslagen. Het was bijna half negen in de avond. Mam wa net klaar met het opruimen en schoonmaken in de keuken, pap had zich al op zijn vaste plekje op de bank laten zakken met de krant. 

Ik keek op. “Thee graag.” 
“Jack?” riep mam, kijkend naar papa. “Koffie?”
Een bevestigend gebrom was het antwoord. 
Mam liep terug naar de keuken en haalde de koffie, thee en een vers gebakken cake. Ze zette een dampende mok voor mijn neus en hield me de cake voor. “Eet wat, Leah.” 
Ik pakte een dikke plak cake van de schaal en nam een grote hap. Mam gaf pap zijn koffie en cake en kwam toen naast me zitten. “Hoe is het nu met je, lieverd?” 
Ik kauwde op de zoete hap en spoelde het weg met gloeiend hete thee. “Goed hoor.” 
Zwijgend keek mam me aan, wachtend op een serieus antwoord. 

“Ik wil het huis in Nederland verkopen.” gooide ik er toen uit. “Ik ben niet van plan in dat huis te blijven wonen. Het geeft teveel herinneringen, teveel pijn en sowieso…het huis is te groot voor mij en Micha samen.”
Mam gaf me een klopje op mijn buik. “En deze kleine.”
“Oh ja.” Mompelde ik. “En de baby…”
Mijn vader vouwde zijn krant op en keek naar ons op. “Ik denk dat het een goede keuze is om het huis te verkopen.” Stemde hij in. “Maar waar wil je dan heen?” 
Een beetje verlegen verkruimelde ik mijn cake. “Ik hoopte dat ik een poosje hier zou kunnen blijven tot na de bevalling. Als dat geen mogelijkheid is, wil ik met alle…”
“Natuurlijk mag dat, schat!” Mam pakte mijn hand en drukte een kus op mijn knokkels. “Blijf zolang je wilt, ja toch, Jack?” 
Pa knikte. “Zolang je wilt, kind. Er zal altijd een plekje voor je zijn hier. En werk ook.” 

“Matthew zal het ook wel fijn nieuws vinden.” Ging mam verder. 
Ik fronste. “Matt?” 
Mam glimlachte. “Ach lieverd…je hoeft niet te doen alsof je neus bloedt. Het is helder dat jullie het meer dan gezellig hebben samen. Daarbij kunnen Matthew en Micha het ook erg goed met elkaar vinden.”
“Er is niks tussen ons.” Bromde ik.
“Niks?” Mam trok haar wenkbrauwen op. “Je bent al weken uit je doen en je ontloopt hem constant. Mij maak je niet wijs dat er niks is.” 
“Ik ben Sam net verloren, mam…” Ik voelde tranen opkomen. “Oh…Ik had nooit…” 

Mam pakte mijn handen in de hare. “Je bent je man verloren. Je bent in rouw, maar dat betekent niet dat je geen gevoelens voor iemand anders kunt en mag hebben. Het voelt misschien onwennig en oneerlijk tegenover Sam, maar liefde houd je niet tegen.” 
“Wat zullen mensen wel niet van me denken?” fluisterde ik schor. 
Een paar armen om me heen was het antwoord. “Kom hier…” fluisterde mam terug. “Als jij je er goed bij voelt, als het voor jullie beiden goed voelt…geef je er dan gewoon aan over. Je kunt het rustig aan doen, niemand legt er druk op, maar alsjeblieft…denk aan je eigen geluk.” 
Ik sloot mijn ogen en zuchtte. Kan ik dat? Aan mijn eigen geluk denken?

Half negen in de avond. Aarzelend liep ik naar de deur van de kleine bungalow. Er brandde licht en ik zag beweging door de ramen. Even wilde ik me omkeren en weer in de auto stappen, maar ik haalde diep adem en drukte op de bel. Ergens in het huis klonk gestommel en even later werd de deur geopend. 
Matthew stond in de deuropening, zijn ogen straalden vermoeidheid uit, onzekerheid en zijn gezicht zag er afgetobd uit. 
“Hoi.” Mijn stem klonk schor en ik probeerde een glimlach te produceren.
“Leah…” 

Ik deed een stap vooruit. “Mag ik binnenkomen?”
Matthew wierp een blik over zijn schouder, de gang in. “Ik weet niet of het een goed moment is, Leah, ik…”
Opeens klonk er een schelle stem uit het huis. “Wie is dat, Matt? Is dat Leah? Je laat haar toch niet buiten staan?”
Matthew zuchtte en zwaaide de deur verder open, zodat ik me langs hem heen kon wurmen, naar binnen. Hij sloot de deur achter me en leidde me naar de kleine huiskamer, waar ik een magere, bleke gedaante op de bank zag liggen, onder een dun wit laken. Koude blauwe ogen en gitzwart haar, wat de kleur van de huid nog fletser deed lijken. De jukbeenderen staken uit, alsof deze persoon voor een lange tijd was uitgehongerd. “Hallo Leah.” De mond van de vrouw bewoog niet, maar toch sprak ze mijn naam. En pas toen ik haar mijn naam hoorde zeggen, herkende ik haar. Victoria Moore. IJskonijn uit mijn jeugd. Ik knipperde geschrokken met mijn ogen. Zo slank en knap als ze altijd was geweest, zo onaantrekkelijk en ellendig zag ze er nu uit. Haar ogen lagen diep in de kassen, ze was vel over been. Ik slikte en liet me op een stoel zakken, tegenover de bank waarop ze lag. 

“Dat is nog eens lang geleden.” Kraakte Victoria.
Ik perste er een lachje uit. “Dat kun je wel zeggen ja. Dat moet minstens tien jaar geleden zijn. Ik zat nog op school toen ik je voor het laatst zag. Volgens mij spraken we elkaar voor het laatst op je diploma uitreiking.” Ik keek naar Matt, die achter me stond, leunend tegen de deurpost, niet wetend wat hij moest. 
“Matt, wat een gastheer ben je toch ook,” grinnikte Victoria. “Ga even wat te drinken halen voor Leah hier. Je laat je gasten toch niet uitdrogen?” Ze knipoogde naar mij. “Hij is nooit zo’n fantastische gastheer geweest. Meneer droomt weg en denkt niet meer aan de mensen om hem heen.” 
Ik schaterlachte en verbaasde me over de verandering die ik in Victoria zag, vergeleken met de persoon die ze tien jaar geleden was. Qua uiterlijk, maar vooral qua innerlijk. Nog nooit eerder had ze me echt een blik waardig gekeurd en al helemaal niet gezellig een gesprek met mij aangeknoopt. 

Matt bromde wat en liep naar de keuken. Ik giechelde nog na om Victoria’s woorden en ging wat comfortabeler zitten.
“Ik weet wat je hier komt doen, Leah.” Ik keek verward op. Weg was de sprankelende klank in Victoria’s stem. Ze klonk koud, kil en kwaad. Haar ogen werden donker en ze keek me strak aan. 
“Pardon?” 
Victoria snoof. “Je denkt toch niet dat ik gek ben? Je liep vroeger al als een hondje achter Matthew’s reet aan. Ik kan je niet zeggen hoe ontzettend irritant je was. Alsof hij stroop aan zijn kont had zitten. Een kwijlende bakvis was je. En nu je weet dat hij weer gescheiden is, kom je weer terug kruipen.” 
Verstomd staarde ik haar aan, mijn mond zakte open. 
“Als je maar niet denkt dat ik me zo makkelijk gewonnen geef. Hij is mijn man. Ik ben met hem getrouwd. Ga je geluk ergens anders zoeken, Leah.” 
Mijn hoofd tolde. Gebeurde dit echt? Ik kon er niet bij. Zo ziek, zwak, maar nog zoveel kracht en haat. En waarom?
“Ik heb helemaal niet de bedoeling…” Stamelde ik.

“Matt had je beter meteen kunnen vertellen dat je geen kans hebt. Twee weken geleden vroeg hij me om weer bij hem in te trekken. Matt zal altijd van mij zijn, Leah. Laat ons met rust.” Siste ze bijna onhoorbaar, toen Matthew’s voetstappen klonken. “Blijf bij ons uit de buurt.” 
Matthew stapte de kamer binnen met een kop koffie in zijn handen. Met een schaapachtige lach reikte hij me die aan. 
“Kijk, wat een gentleman.” Kirde Victoria, alsof ons gesprek van net niet was gebeurd. 
Ik stond op van mijn stoel en hief mijn handen op naar Matt. “Het spijt me, ik denk dat ik beter kan gaan.” Ik negeerde de koffie in zijn handen en schoof langs hem heen, beende door de gang en verliet zo snel mogelijk de bungalow. 

Tranen stroomden over mijn wangen, terwijl ik de auto instapte en de motor startte. Het was al zo’n hoge drempel geweest om naar Matthew toe te gaan, om mijn gevoelens te bekennen. Snakkend naar adem liet ik mijn hoofd tegen het stuur zakken. Ik had al mijn moed bij elkaar verzameld, hopend dat Matthew mijn gevoelens zou beantwoorden. Als ik terug dacht aan de kus die we hadden gedeeld, kon dat niet anders. Toch?
Snikkend reed ik het erf af, half verblind door de tranen. Ik had te lang gewacht. Hij had zijn geluk ergens anders gezocht. Hij had besloten zijn liefde te geven aan de vrouw waarmee hij eens getrouwd was. De vrouw die hem verliet. En ik stond weer alleen.

Volg je The Stout Journal al op Social Media?

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *